Hoewel het weer de afgelopen weken anders deed vermoeden, ligt Deventer toch niet zuidelijk genoeg. Dat wil zeggen voor een heus Carnaval. Die gezellige papen zijn eigenlijk na de 80-jarige oorlog altijd onder de grote rivieren blijven hangen. Een paar katholieke enclaves in het Noorden daargelaten. Geen optocht dus in Deventer. Nu was Carnaval hier toch al voorbehouden aan een select groepje dat wel iets begreep van de juiste rituelen. Buiten het bovenmatig bierdrinken dan. Maar toch, een optocht had zo mooi kunnen zijn. Met daarin een Deventer Toren als parkeermeter die nu helemaal leeg is door het autovrije Grote Kerkhof. Of een wagen met al het plastic speelgoed dat niet is afgehaald met de cadeaubonnen van ‘Pik in, het is Wintertoys’. En natuurlijk het echte speelgoed uit het Speelgoedmuseum van Prins Garrelt de Eerste. Met op de kar politieke beleidmakers die acteren als grote kinderen, maar het echte spelen zijn verleerd. De nieuwe burgemeester loopt mee in vele gedaanten. Als de Prins op het witte paard? Of Roodkapje, en wie is dan de Boze Wolf? Maar de hoofdwagen zou ongetwijfeld een groot Vikingschip zijn geweest. Met woeste Noormannen die het prille Deventer in 882 zo ongeveer met de grond gelijk maakten. Waaraan wij in ons Deventer DNA hele slechte herinneringen hebben overgehouden. En die nu voor een tweede keer lijken toe te slaan. Dus op die wagen veel boze bewoners met Vikinghelmen, bereid om voor een tweede keer iets met de grond gelijk te maken. Maar ook met politici met heel veel niet geklaarde boter op hun hoofd. Gezellig zwaaiend naar de burgers die langs de kant staan. Strooiend met gouden nepgeld en snoepjes tegen de ergste Vikingpijn. Noordse mannen en zuidelijk Carnaval lijken elkaar te veel te bijten. Geen optocht dus in de oude Hanzestad. We zijn verworden tot Stokvissengaatje.

Vorig artikelNiet genoeg steun voor BIZ Bedrijventerreinen
Volgend artikelArthur Brand presenteert zijn boek ‘De paarden van Hitler’ op 8 maart