DEVENTER –’s Ochtends trainen, daarna college, tussen de middag trainen, een practicum, opnieuw trainen en ’s avonds naar huis. Als geneeskundestudent was Ydo Kleinlugtenbelt al vastbesloten: hij moest en zou de wereldtop halen in zijn vakgebied én als roeier van de Holland Acht. Vijftien jaar later is de roeiboot verruild voor een fiets, het studentenleven voor een gezin, maar is zijn passie en wilskracht onverminderd groot. En daarmee zet de orthopedisch chirurg en traumatoloog het Deventer Ziekenhuis internationaal op de kaart.

Onderzoek

Kleinlugtenbelt richtte naast zijn klinische werk namelijk een onderzoeksbureau op in het ziekenhuis. Hiermee leidt hij, en neemt hij deel aan, verschillende internationale medische onderzoeken. Zo onderzocht hij (mede) de effectiviteit van halve heupoperaties. Dat onderzoek is dit jaar gepubliceerd in het toonaangevende New England Journal of Medicin. “Dat is eigenlijk het allerhoogste podium voor de medische wetenschap’’, vertelt Kleinlugtenbelt. “De onderzoeksleider was de Canadees Mohit Bhandari, mijn voormalig professor en de grootste naam in onderzoek naar orthopedische-traumachirurgie. Hij vroeg mij als Nederlandse hoofdonderzoeker. Heel gaaf dat we daar met ons team aan konden bijdragen. We willen het vak verder brengen en meedoen op het hoogste niveau.’’

Klein en nuchter

Onderzoeken als deze hebben impact op de gezondheidszorg wereldwijd. Inderdaad: artsen, onderzoekers en patiënten uit het Deventer Ziekenhuis brengen de medische wetenschap dus een stukje verder. Dat is best bijzonder voor een klein ziekenhuis, in een kleine stad, in een klein land. “Toen ik in Deventer begon was ik best bang dat mensen zouden denken: ‘daar heb je weer zo’n idioot met z’n onderzoeken en ideeën’.’’, lacht Kleinlugtenbelt. “Maar het tegendeel was waar. Ik merkte dat ik heel snel contacten legde en er grote saamhorigheid heerste. Hierdoor had ik snel een betrokken en kundig team bij elkaar.’’

Bovendien blijken de nuchtere Sallanders prettige, ontvankelijke patiënten. “In andere gebieden zijn patiënten bang om proefkonijn te zijn, of zijn ze cynisch over je beweegredenen. In Deventer willen patiënten juist graag iets bijdragen, zolang je duidelijk aangeeft waarvoor het onderzoek dient en ze er geen schade door kunnen lijden. Ze vertrouwen op jouw expertise als arts. Dat is een heel prettige sfeer om in te werken en daardoor stel je ondanks relatief weinig patiënten toch snel een goede, representatieve onderzoeksgroep samen.’’

Aantrekkingskracht

Wie Kleinlugtenbelt spreekt ziet gedrevenheid. De vraag ligt voor de hand of Kleinlugtenbelt niet toch de ambitie heeft om in een groot (buitenlands) ziekenhuis te werken. Maar de chirurg voelt zich op zijn plek in Deventer. Na studies en promoties in Rotterdam, Amsterdam, Utrecht en Hamilton (Canada), is Deventer samen met woonplaats Gorssel de plek waar hij graag is. Bovendien is de kenmerkende eerzucht van een topsporter inmiddels grotendeels verdwenen.

“Ik wil vooral dat mijn werk leuk en uitdagend is. Dat is het hier. We zijn een topklinisch ziekenhuis, wat betekent dat we complexe zorg leveren voor een groot gebied en innovatief onderzoek doen. We zijn het verwijscentrum voor Noordoost-Nederland wat betreft complexe orthopedische problematiek aan schouder/elleboog. Recent hebben we hier een mooie erkenning in het STZ Topklinisch Zorgregister voor ontvangen.  Operaties aan deze gewrichten vind ik als chirurg mooie uitdagingen. Daarnaast heb ik een ontzettend goed onderzoeksteam waarmee we nu acht grote onderzoeken doen.’’

Daarmee hoopt Kleinlugtenbelt ook een positieve invloed te hebben op de medische zorg in onze regio. “Door grote onderzoeken komen er budgetten vrij voor nieuwe onderzoeken. Bovendien zorgt onze topklinische status ervoor dat we aantrekkelijk blijven voor andere specialisten. Dat komt de zorg hier ten goede.’’

Net geen zilver, maar ook geen brons

Alles leek te kloppen in 2004. Ydo Kleinlugtenbelt was tijdelijk gestopt met zijn studie, had twee jaar fulltime getraind, was in bloedvorm en helemaal klaar voor de Olympische Spelen in Athene. Toen kwam de mokerslag vlak voor het toernooi. De coach liet hem thuis en koos voor een andere roeier. “Er werd beweerd dat ik in de laatste testrace sneller was, maar de trainer geloofde dat hij in de laatste periode meer vooruitgang zou boeken”, kijkt Kleinlugtenbelt terug. Zijn team won onverwachts zilver op die Spelen. “Zo werd ik de negende roeier van de Holland Acht die net geen zilver won, maar ook geen brons.’’ (door Luuk Talens)

Vorig artikelGo Ahead Eagles rouwt om overlijden vrijwilligster Karin Koers (55)
Volgend artikelKerstmarkt bij de Ulebelt op 14 december