DEVENTER – Het volkstuinencomplex tussen de Rozengaarderweg, de Brinkgreverweg en het treinspoor is in beeld voor nieuwbouw. De initiatiefnemers willen een parkeergarage en vele woningen. De onlangs opgerichte Gebiedscoöperatie de Rozengaard gaat daarentegen voor meer leefbaarheid in de toch al versteende wijk: zij willen het groen behouden en openstellen voor publiek.

Door Bastiaan Mokkink

De ‘groene long’ van vier voetbalvelden groot is onderdeel in de plannen van kenniscampus ‘De Kien’, waarbij gemeente, bedrijven en onderwijs een Oost-Nederlandse variant op Silicon Valley willen creëren. Frank Beijer, hovenier aan de Rozengaarderweg, wil beter worden betrokken in planvorming, nadat hij via de media al moest ontdekken dat de eerste bouwschets over zijn bedrijf heen was getekend.

“Daar kwamen gelukkig excuses voor. Als coöperatie hopen we serieus gesprekpartner te zijn voor de gemeente en grondeigenaar de NS. Met een stopzetting van het vermoedelijk oudste moestuincomplex van Nederland krijg je het nooit meer terug. Vergelijk het met het behouden van het Bergkwartier. Als over een jaar of twintig de woningnood voorbij is, zitten we hier in een volledig versteende wijk met bijbehorende klimaatproblematiek. Als deze groenzone verdwijnt, wordt de rest van de stad ook warmer. Op bijvoorbeeld het Vogeleiland zullen vogels en insecten de oversteek naar hier niet meer kunnen maken. Bovendien staat op de plaatselijke hittestresskaart dat de naastgelegen Beestenmarkt onze heetste plek is.”

Baksteeninfarct
Ook coöperatielid Wouter Spoorendonk vreest een conjunctuurgevoelig baksteeninfarct: “Het onderzoek naar de mogelijkheden van dit gebied zijn te beperkt”, terwijl hij doorwrochte beschouwingen opsomt over natuurbehoud, klimaatadaptie, hittestress en sociale cohesie. “Rol niet direct een plan uit. In de visie van De Kien staan termen als duurzaamheid, vergroening en ontmoetingen tussen mensen, maar dit gebied voldoet daar al aan. Er rammelen hiervoor inmiddels meerdere burgerinitiatieven aan het hek van de gemeente. Zeker bij de NS weten ze dat er geen twee treinen op een spoor kunnen rijden.”

Beijer: “Ik stond al vaker belangstellende projectontwikkelaars te woord, waar je dan later niets meer van hoort. Waarschijnlijk liep het stuk op onderwerpen als de noodzakelijke bodemsanering en de infrastructurele vraag hoe verkeer erin en eruit gaat bij de Brinkgreverweg en Rozengaarderweg.”

Voor de NS is verkoop van spoorgronden een steeds interessantere inkomstenbron, want op reizigersvervoer legt ze geld toe. “Het is gissen of verkoop van deze lucratieve plek meespeelt”, stelt Spoorendonk.

Vorig artikelTeam van Matz Carwash winnaar van de Deventer Promotieprijs 2022
Volgend artikelDeventer landelijk voorbeeld voor onderwijs Oekraïense kinderen