Naast oprechte bewondering, lopen veel buitenlandse toeristen ook met verbazing door Deventer. Meestal hebben ze op hun NL-bucketlist de hijgerige Republiek Amsterdam al af kunnen strepen. De oude Hanzestad is dan vaak een extra side dish. Mooi meegenomen. Maar dan vallen ze toch van de ene verbazing in de andere. Het nog in hun oren nasuizende geluid van Mokumer rolkoffers of bierfietsen is hier helemaal afwezig. Je wordt niet van je sokken gereden maar gegroet. En ze vragen zich af of er überhaupt wel gewerkt wordt in Nederland. Ook op een doordeweekse zonnige dag zijn de terrasjes op de Brink goed gevuld. Vaak zijn het Amerikanen of Japanners die de vraag stellen. Werknemers uit die landen hebben in onze ogen extreem weinig vakantiedagen. Toen onlangs in Japan vanwege de keizerwissel alle werknemers een paar extra vrije dagen kregen, ontstond er een soort collectieve stress. Inclusief enkele harakiri gevallen. Maar transparant als we zijn, leggen we onze buitenlandse gasten graag uit hoe we dat hier allemaal doen. Dat we wereldkampioen deeltijdwerken zijn. Dat de grijze babyboomers massaal dagtrippen. Dat studenten hun werkstuk prima digitaal op een terrasje kunnen maken. En dat we al onze activiteiten graag afblussen met een gezellig drankje. En o ja, tussendoor wordt er gewerkt en zijn wij een van de best draaiende economieën ter wereld. Have a nice day! Toch gebeurt dit alles met een verlangen naar nog meer prikkels. De levensgevaarlijke mix van YOLO en FOMO. Met als gegarandeerde kans op een burn out: het met vakantiegaan. Het hele jaar is er keuzestress, blijken dierenasiels al lang volgeboekt en wil de oudste dochter toch liever alleen thuis blijven. Om maar een paar kleine probleempjes te noemen. En zo lijkt het met vakantiegaan een problematische onderbreking te worden van ons dagelijkse all you can eat patroon. De oplossing: ga niet! Haal lekker een vakantieboek op de Boekenmarkt.

Vorig artikelGrote zomerbrocante op de Brink op 28 juli
Volgend artikelYourS in Muziekkoepel Nering Bögel