‘Leer mensen vis te vangen in plaats van vis te geven’

‘Leer mensen vis te vangen in plaats van vis te geven’

Al in de middeleeuwen werkten Deventer ondernemers dankzij het Hanzeverbond grensoverschrijdend samen. En dat is vandaag de dag nog steeds. De Sustainable Development Goals (SDG’s) bieden kansen voor ondernemers om bij te dragen aan een duurzame en betere wereld. In deze serie laten we zien hoe Deventer ondernemers deze duurzame doelen hebben omarmd en hoe ze dat hebben aangepakt. Deze keer maken we kennis met Michel Brans die op allerlei manieren bijdraagt aan 5 SDG’s.

Uganda
‘Mensen kennen mij als de paddenstoelenkweker en bitterballenman,’ vertelt Michel Brans. ‘De snacks verkoop ik nog steeds maar ik kweek zelf geen paddenstoelen meer.’ Zijn kantoor bevindt zich nu dan ook in de Gasfabriek, in een lichte ruimte met tafel en met oranje vloerkleed, de kleur van het logo van zijn snacklijn. En ook: een hele rij foto’s van Uganda aan de muur. 

Michel legt uit: ‘Ik vond dat ik met mijn eigen oesterzwamkwekerij te weinig impact maakte. Daarom leer ik nu koffieboeren in Uganda hoe ze op de restanten van de koffiebes een paddenstoelenkwekerij kunnen opzetten.’ Onder de naam Mushcoff trekt Michel hierin op met Ruud Boon, eigenaar van Deventer Koffie. Boon koopt al meer dan twintig jaar voor een eerlijke prijs koffiebonen in Uganda in en levert deze aan bedrijven en Sligro. Met de trainingen draagt Michel aan meer SDG’s bij dan met zijn eigen kwekerij. Niet alleen aan ‘duurzame consumptie’ (12), ook aan ‘geen armoede’ (1), ‘geen honger’ (2), ‘werk voor iedereen’ (8) en ‘gelijkheid’ (10).   

Trial and error
Het werk dat Michel in Uganda doet gaat van kennis overdragen over het telen van paddenstoelen tot het aanleren van ondernemersvaardigheden. Inmiddels hebben 90 koffieboeren een kwekerij opgezet. De inspanningen gaan gepaard met veel trial and error, vertelt Michel: ‘Tijdens mijn eerste training dacht ik iets over paddenstoelen te gaan vertellen, maar al gauw bleek dat ik eerst moest uitleggen wat percentages zijn en hoe je die berekent. Het grootste deel van de boeren is ongeschoold. Dan moet ik ter plekke mijn training aanpassen. Het is chaotisch en daar gedij ik op. Gewoon doen, fouten maken en daar van leren. In Nederland vinden we vaak dat we geen fouten mogen maken. Terwijl ik denk dat dát de manier is om dingen te leren.’ 

Het is soms ook frustrerend. ‘We geven onze kennis door in de hoop dat de koffieboeren daar mee aan de slag gaan. Maar het is soms ook lastig om op je handen te zitten als je ziet dat het niet goed gaat. Vooral het plannen is een groot probleem in een land waar mensen bij de dag leven.’ Maar als Michel dan maanden later een foto krijgt van een non die haar eigen kwekerij is gestart, dan weet hij waar hij het voor doet. ‘Ik wil de wereld iets mooier achterlaten dan ik het aangetroffen heb.’ 

Betekenisvol werk
En dat is iets dat Michel drijft: ‘Van betekenis zijn voor anderen maakt mij gelukkig.’ De tijd en energie die hij in Mushcoff steekt, staan niet in verhouding tot wat hij er aan verdient. ‘Het is meer een vorm van ontwikkelingswerk. Ik leer mensen hoe ze voor zichzelf moeten zorgen. Dus vissen leren vangen, in plaats van vis te geven.’ 

Financieel niet interessant, maar het levert hem enorm veel voldoening op. Geld verdient hij in Nederland met de ballen van Brans. ‘Ik heb mijn snacklijn met vegan bitterballen, kroketten en burgers.’ Ook daarmee maakt hij trouwens impact en draagt hij bij aan SDG 12 (duurzame consumptie). ‘Voor het maken van één rundvleesbitterbal is 90 liter water nodig. 90 liter! Voor een oesterzwambitterbal is dat maar één liter.’

Coöperatie
Nu steeds meer koffieboeren in Uganda een kwekerij zijn gestart en een aantal van hen zelf trainingen geeft, is het tijd voor de volgende fase: ‘In maart 2024 gaan we weer naar Uganda en dan willen we een basis leggen voor een coöperatie,’ legt Michel uit. Daarmee kunnen de belangen van de boeren beter behartigd worden en is groei mogelijk. Er ontstaan schaalvoordelen. Zo kan een groter afzetgebied bereikt worden en dus de grotere steden als Masaka. Maar ook ontstaat er meer ruimte voor training en begeleiding van individuele boeren. Mijn doel is om er 1000 te helpen die elk 100 euro per maand extra verdienen. Daarmee maak ik echt verschil.’ 

Redactie